direct naar inhoud van Hoofdstuk 1 Inleiding
Plan: Bestemmingsplan Buitengebied Noordenveld
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1699.2009BP007-vg02

Hoofdstuk 1 Inleiding

AANLEIDING

De gemeente Noordenveld heeft om verschillende redenen gekozen voor een integrale herziening van het bestemmingsplan Buitengebied.

In de huidige situatie vigeren in de gemeente drie bestemmingsplannen buitengebied, te weten Roden, Peize en Norg. Het gebied rond Veenhuizen maakt geen onderdeel uit van het voorliggende bestemmingsplan. Hiervoor zal te zijner tijd een (bij de bijzondere karakteristieken van het gebied) passend bestemmingsplan worden opgesteld. Hoewel de plannen Roden, Peize en Norg dezelfde juridische systematiek kennen, bestaan er wel veel verschillen wat betreft de bestemmingsregeling. Dit komt de duidelijkheid en rechtszekerheid niet ten goede. Door een aantal (partiƫle) bestemmingsplanherzieningen, alsmede een aantal niet goedgekeurde onderdelen is een planologische lappendeken ontstaan. Daarnaast is het landelijke gebied de laatste jaren onderhevig aan allerlei ontwikkelingen. Meer en meer doen nieuwe functies hun intrede in het landelijke gebied. Er bestaat daarom behoefte aan een bestemmingsplan buitengebied dat inspeelt op en sturing kan geven aan deze nieuwe ontwikkelingen.

ACHTERGROND

Het bestemmingsplan buitengebied vormt het kader voor de ruimtelijke ordening voor het landelijke gebied van de gemeente. Het heeft tot doel om het gebruik en de inrichting van gronden en het oprichten van gebouwen en bouwwerken te reguleren met het oog op het bevorderen van een zo goed mogelijk gebruik van het landelijk gebied. Het bestemmingsplan vormt een stuk gemeentelijke wetgeving: het bindt zowel de burger als de overheid.

Volgens de Wet ruimtelijke ordening dient een bestemmingsplan te bestaan uit regels en een verbeelding. Tevens gaat het plan vergezeld van een toelichting, waarin is beschreven welk ruimtelijk beleid er in het plangebied wordt nagestreefd.

LEESWIJZER

Zoals eerder gesteld in dit hoofdstuk, zijn de beleidskeuzen in dit bestemmingsplan ingegeven door de bestaande situatie in het plangebied en verschillende al bestaande plannen en perspectieven die worden gezien. Daarom bestaat de toelichting uit twee delen, te weten:

  • deel 1: huidige situatie en beleidsontwikkeling;
  • deel 2: vormgeving van het plan.

In het eerste deel zijn de uitkomsten van het onderzoek naar de bestaande situatie en de vigerende (beleids)plannen weergegeven. Daarbij is aandacht geschonken aan de volgende aspecten:

  • de feitelijke situatie in het plangebied;
  • het beleid van hogere overheden, waarbinnen het ruimtelijke beleid van de gemeentelijke overheid dient te passen. Wat betreft het provinciale beleid is daarbij uitgegaan van de op 2 juni 2010 vastgestelde Omgevingsvisie Drenthe;
  • de wettelijke milieukaders die mede bepalend zijn voor nieuw ruimtelijk beleid van de gemeente.

Bij de beschrijving van de feitelijke situatie is vooral ingegaan op ruimtelijk relevante aspecten van de verschillende gebiedsfuncties. Daarop wordt namelijk het ruimtelijk beleid gericht. Het gaat hierbij om de volgende functies:

  • bodem en water (hoofdstuk 2);
  • cultuurhistorie, archeologie en landschap (hoofdstuk 3);
  • natuur en ecologie (hoofdstuk 4);
  • landbouw (hoofdstuk 5);
  • recreatie (hoofdstuk 6);
  • bebouwing en wonen (hoofdstuk 7);
  • overige functies (hoofdstuk 8);
  • ruimtelijke ordening en milieu (hoofdstuk 9).

Met name in deze hoofdstukken komen bepaalde 'vaktermen' voor. Deze worden verklaard in de verklarende woordenlijst in bijlage 1.

Op basis van de beschrijving van de huidige situatie en het beleid van de verschillende overheden is het ruimtelijke beleid voor het plangebied opgesteld. In de hoofdstukken 10 en 11 wordt de concrete bestemmingsregeling toegelicht en gemotiveerd.

afbeelding "i_NL.IMRO.1699.2009BP007-vg02_0001.jpg"

afbeelding "i_NL.IMRO.1699.2009BP007-vg02_0002.jpg"

DEEL 1 HUIDIGE SITUATIE EN BELEIDSONTWIKKELING